Welke wandelschoenen moet ik kiezen?
Of je nu dagelijks een blokje om gaat, kiest voor een flinke bergwandeling, een vierdaagse gaat lopen, of een groot deel van je vakantie op bergpaadjes doorbrengt... Wandelen is een fijne manier om lekker buiten bezig te zijn, van de natuur te genieten en als klap op de vuurpijl werk je op een goede wandeldag ook nog eens je complete vitamine D-tekort weg!
De natuur is echter een stuk minder mooi als jij je alleen maar met je blaren bezig kan houden en als je de dag na het wandelen last hebt van alle gewrichten in je lichaam dan denk je de volgende keer ook wel een keer extra na voordat je je wandelschoenen weer uit de kast trekt.
De schoenen zijn dan ook niet voor niets het belangrijkste onderdeel van jouw wandeloutfit! Maar hoe kies je nou eigenlijk de juiste wandelschoen?


Welke categorie wandelschoenen heb ik nodig?
Om te kunnen bepalen welke wandelschoenen bij jou passen vraag je jezelf eerst af waar en wanneer jij gaat wandelen. Vanuit deze basis kun jij gaan bepalen welke eigenschappen jouw wandelschoenen moeten hebben. Wandelschoenen kunnen worden onderverdeeld in verschillende categorieën. Deze categorieën geven aan voor welke ondergronden en gebieden de schoenen geschikt zijn. In Nederland en voor (lichte) bergwandelingen kun je kiezen voor wandelschoenen uit de categorieën A, A/B of B:
A-categorie – wandelschoenen uit deze categorie hebben een vrij soepele zool. Deze schoenen zijn geschikt voor op vlakke paden. Ideaal om te dragen tijdens dagelijkse wandelingen of om mee te nemen als je op citytrip gaat!
A/B-categorie – deze schoenen hebben een stevigere zool dan schoenen uit de A-categorie. Kies voor deze schoenen als je zowel op vlakke paden loopt als op heuvelachtig landschap loopt.
B-categorie – voor stevige allround schoenen zit je goed met wandelschoenen uit deze categorie. Veel profiel in combinatie met een stugge zool zorgen dat deze schoenen alle bescherming bieden die je nodig hebt tijdens wandelingen op oneffen terrein.
Tip: Heb je zwakke enkels? Kies dan voor hoge schoenen, ongeacht of je op een vlakke of bergachtige ondergrond gaat wandelen.
Voor heftigere tochten zijn er ook nog wandelschoenen in de categorieën C en D. Deze schoenen hebben bijzonder stugge zolen en zijn een stuk zwaarder dan de schoenen uit bovenstaande categorieën. Voor heftige tochten is het belangrijk dit soort schoenen te dragen, omdat deze zorgen voor voldoende grip, ook als je moet stijgen of dalen met flink wat bagage op je rug.
C-categorie – deze schoenen hebben hele stijve zolen waar stijgijzers aan bevestigd kunnen worden. Dit maakt dat deze schoenen zelfs stevig genoeg zijn om over gletsjes te lopen en heftige bergtochten mee te maken.
D-categorie – dit is de zwaarste categorie. Ook aan deze schoenen kunnen stijgijzers bevestigd worden. Schoenen uit de categorie D zijn geschikt om zware bergtocten mee te maken en te ijsklimmen.


Welke maat wandelschoenen heb ik nodig?
Als je een wandelschoen aantrekt voel je al snel of deze wel of niet bij jouw past. Uiteraard is het wel belangrijk dat je de juiste maat draagt. Een te kleine schoen zorgt dat je tenen afknellen en in een te grote schoen ga je schuiven.. dat is natuurlijk vragen om blaren!
Tip: Je voeten zullen tijdens een wandeling uitzetten, dit doen ze ook gedurende de dag. Het is daarom verstandig om jouw nieuwe wandelschoenen aan het einde van de middag te passen.
Zet de hak van je voet stevig tegen de achterkant van de schoen en maak de veters vast. Kun je je tenen nog vrij bewegen? Bij de juiste maat heb je aan het einde van je grote teen nog ongeveer 1 cm over. Is de schoen niet te smal of te breed? Heb je last van bepaalde drukpunten, bijvoorbeeld bij je wreef, je hiel of bij je tenen? Zitten je schoenen lekker? Als je al deze vragen met ‘nee’ kan beantwoorden is het tijd voor een klein proefrondje!
Tip: Heb je speciale wandelsokken? Doe deze dan ook aan bij het passen van je nieuwe schoenen. Deze sokken trek je ten slotte ook aan als je de wandelschoenen aan gaat trekken voor het echte werk!